Share on facebook
Share on twitter
Share on linkedin
Share on email
Filosoof Ad Verbrugge woont op steenworpafstand van de laat-gotische Pieterskerk in Leiden. Zijn huis kijkt uit op een sfeervol rond pleintje met blauwgrijze kleistenen. Hoge gevels met smalle ramen vormen er karakteristieke randen omheen. Hier ontmoeten wij hem. Ad vergaarde bekendheid met zijn boeken Tijd van onbehagen (2004) en Staat van verwarring (2013). In 2006 trad hij op in het VPRO-programma Zomergasten. Ad is tevens singer/songwriter en is initiatiefnemer van vereniging Beter Onderwijs Nederland, waar hij de potenties van leerlingen en studenten door gedegen vakinhoudelijke en algemene vorming nog beter tot bloei wil laten komen.

Filosoof Ad Verbrugge woont op steenworpafstand van de laat-gotische Pieterskerk in Leiden. Zijn huis kijkt uit op een sfeervol rond pleintje met blauwgrijze kleistenen. Hoge gevels met smalle ramen vormen er karakteristieke randen omheen. Hier ontmoeten wij hem. Ad vergaarde bekendheid met zijn boeken Tijd van onbehagen (2004) en Staat van verwarring (2013). In 2006 trad hij op in het VPRO-programma Zomergasten. Ad is tevens singer/songwriter en is initiatiefnemer van vereniging Beter Onderwijs Nederland, waar hij de potenties van leerlingen en studenten door gedegen vakinhoudelijke en algemene vorming nog beter tot bloei wil laten komen.

Leven van woorden

In zijn publicaties ontleedt Ad virtuoos de huidige tijdgeest, vinden wij. Wij vragen ons daarom af wat het wereldbeeld van Ad is, waar zijn filosofische wortels liggen en wat hij beschouwt als de weg voorwaarts, voor zichzelf maar zeker ook voor Nederland. Ad begroet ons hartelijk en begeleidt ons snel naar binnen. Het waait hard en het regent. “Filosofisch weer”, zeggen we lachend.

Nog voordat we zitten, begint het gesprek. “Wat is jouw achtergrond, Herman? Hoe is jullie samenwerking ontstaan?” vraagt Ad. Dan vraagt hij Enis hoelang hij al in Nederland woont. Enis antwoordt dat hij in 1977 is overgevlogen uit Turkije. Hij groeide op als een typisch kind van de arbeidersmigratie uit de jaren zestig en zeventig.

Dat Ad een scherp observator is, blijkt: “Jij hebt een voorkomen dat al bijna Nederlands is. Het zit hem niet in de kleur, maar in de manier van bewegen en spreken. Mensen die zich een nieuwe cultuur eigen maken, hebben snelheid in woord en denken, zoals Aboutaleb in Rotterdam. Een deel van deze cultuur zuig je op en zet je naar je hand en dat vormt dan je identiteit. Wat wij nu multiculturele problemen noemen, heeft volgens mij veel meer te maken met socialiseringsproblemen, wat dus iets anders is. Dat gaat over mensen die tussen wal en schip dreigen te vallen omdat ze niet weten hoe ze die nieuwe vorm moeten aannemen. Veel argwaan, wantrouwen en spanning komen voort uit een mislukte ‘culturalisering’. Dat betekent niet dat er twee culturen tegenover elkaar staan.” Zo. De eerste analyse is een feit.

Ad is in 1967 geboren in Terneuzen, als laatste van drie kinderen, waar hij in een typisch naoorlogs gezin opgroeide en waarin de oorlog nog nadonderde door verlies van huis en familieleden. Ads opvoeding en lagere school waren orthodox christelijk gekleurd: Nederlands hervormd. Zijn ouders zijn later tot de Gereformeerde Bond toegetreden. Iedere dag werd uit de Bijbel gelezen, op zondag werd er in de kerk gebeden en bij het eten werd er dank betuigd. De jonge Ad had een goede band met zijn ouders. Hij stelde al op jonge leeftijd vragen over zijn traditie, over God en over het leven. Dat kwam voornamelijk door zijn vader, die hem vaak naar bed bracht en dan nog even bij hem kwam liggen om verhalen te vertellen en te praten over de grote vragen des levens.

Op zondagochtend evalueerde Ads vader in het gebed de voorbije week: “Ik heb altijd respect gehad voor de authentieke manier waarop hij dat deed. Dat soort reflecties hebben mij ook op het spoor van de filosofie gebracht. Ik had vaak vragen en die nam hij serieus. Vragen over ruimte en tijd, over het heelal. Ik was nog vrij jong, een jaar of vijf, zes denk ik. Het ontstaan van de wereld heeft mij altijd gefascineerd, zo’n beetje vanaf het moment dat ik bewustzijn had. Dat je denken zo groot kon worden trok me enorm aan en het boezemde me soms ook wel angst in. Maar dat was de grootsheid van het universum zelf.”

Nam je afstand van het scheppingsverhaal?

“Niet helemaal – en zeker toen niet. Ik had al snel door dat natuurkunde ook geen oplossing was. Ik dacht veel na over tijd en ruimte, over de Big Bang en dat soort dingen. Wat was er daarvoor? Dat snapte ik niet. Maar daar had de natuurkunde ook geen antwoord op, begreep ik al snel van mijn vader. En als God de wereld had geschapen, wat deed God dan vóór de schepping? Mijn vader zei dan: ‘God heeft ook de tijd geschapen en daardoor kunnen we als mensen de tijd niet begrijpen en raken we in verwarring.’ Dat vond ik wel een mooi antwoord, maar ja, het vragen ging toch door.”

Op zeven- of achtjarige leeftijd waren wij met heel andere dingen bezig!

“Ik had echt een filosofische inborst, die voor mijzelf moeilijk te herleiden is. Het kwam vanzelf. Het moet vermoedelijk ergens aan mijn vaders kant in de familie zitten.”

 

Meer info?
Benieuwd naar wat Ad vindt van uitspraken van Jezus, Nietzsche, Martin Luther King, Mozes, Plato en Mohammed? Vanaf 13 november 2015 kunt u het volledige interview lezen in het boek De Zeven Zuilen (150 pagina’s), te bestellen via Berne Media.

De Zeven Zuilen

COLOFON

Like onze ‘De Zeven Zuilen’ pagina op Facebook!

De Zeven Zuilen wordt ondersteund door:
Kerk en Wereld – www.kerkenwereld.nl
Maatschappij van Welstand – www.welstand.nl

Share on facebook
Share on google
Share on twitter
Share on linkedin