Share on facebook
Share on twitter
Share on linkedin
Share on email

Beste Enis,
Recent kwam het CBS met een nieuw rapport over integratie. Volgens dat rapport lopen onder andere Turken en Marokkanen achter in het onderwijs en in het werk, vergeleken met de autochtone bevolking. Wat vind jij daarvan? 

Dat is een moeilijke vraag om te beantwoorden. Integratie is namelijk een complexe mix van vele factoren. Als je echter puur de cijfers van opleiding, werkgelegenheid of zelfs criminaliteit erbij haalt, zullen we zeker zien dat bepaalde bevolkingsgroepen de ene keer onder- en de volgende keer weer oververtegenwoordigd zijn.

De discussie wordt pas interessant als we niet alleen de oorzaken gaan benoemen, maar vooral de volgende stappen gaan verkennen. Wat gaan we doen, nu we weten dat Turken en Marokkanen minder vaak een hoge opleiding afronden? Gaan we vingerwijzen en zeggen: “Zie je wel!” Of gaan we zeggen: om de economie op gang te houden hebben we alle handen, voeten en hersens nodig die we in dit land hebben. Daar hoort een gezamenlijke analyse én inspanning bij.

Ik hoop dat politiek Den Haag, directeuren van scholen, de werkgevers in de regio en Turken en Marokkanen zelf inzien dat het geen kwestie is van “jullie eerst, dan wij.” Maatschappelijke vragen zijn nooit zwart/wit. Integratie is een gezamenlijk proces, het vraagt actieve bestrijding van misstanden en het vraagt continue investering in wat goed is.

Ik maak me gelijktijdig niet al te veel zorgen. Als ik zie hoe binnen drie generaties, van mijn vader tot mijn kinderen, de taalbeheersing en de maatschappelijke kennis is toegenomen, geloof ik zeker in de toekomst.

Meer info?
Deze column is op 25 november 2014 verschenen in het Hengelo’s Weekblad van Wegener Media.

Share on facebook
Share on google
Share on twitter
Share on linkedin