Share on facebook
Share on twitter
Share on linkedin
Share on email
Wat is de waarde van godsdiensten voor een samenleving? Een discussie tussen gelovigen en ongelovigen over deze vraag eindigt vaak in een patstelling. Ongelovigen hebben voor het concept van goed en kwaad, recht en onrecht, geen God nodig. Gelovigen daarentegen vinden dat het leven onderdeel is van een goddelijke realiteit. Zij voelen de spirituele roep om hun leven zin te geven door het te ijken naar een goddelijk idee van goed en kwaad. Zouden gelovigen en ongelovigen zo bezien niet op hetzelfde punt uit moeten komen?

Wat is de waarde van godsdiensten voor een samenleving? Wat is het verschil tussen een samenleving die exclusief gebaseerd is op God en een samenleving die georganiseerd is zonder God? Dat is natuurlijk een theoretische vraag. Je moet je eerst afvragen over welke God we het hebben. Hebben we het over de christelijke God of de islamitische? Welk godsbeeld is beter, die van de protestanten of die van de katholieken? Misschien is Hij eerder te vinden bij de soennieten of anders toch bij de sji’ieten? De joodse dan toch maar?  Hoe dan ook, we hebben in ieder geval te maken met een bonte verzameling Transcendentie. Een samenleving die exclusief gebaseerd is op God leidt binnen de kortste keren tot felle discussie. En strijd.

Laten we ons dan maar richten op de ongelovigen. Toch wel fijn om atheïst te zijn. Geen last van religieuze waarheidsclaims, heerlijk winkelen op zondag, geen rituele besnijdenis, en de woorden koosjer of halal komen niet voor in het seculiere woordenboek. Alle atheïsten zijn het dus roerend met elkaar eens, zou je denken. Maar is het kapitalisme niet ook een vorm van waarheidsdenken? Is het socialisme niet de betere waarheid? Sterkste schouders, zwaarste lasten, dat is toch echt superieur aan het marktdenken, zou je zeggen. Je hebt nog zoiets als het communisme. Of het Neo-liberalisme. Feitelijk hebben de ongelovigen ook allemaal hun eigen wereldbeeld, die zij maar al te graag willen toepassen op de samenleving.

Goed, de conclusie is dus om de samenleving te mixen. Alle ideeën, ideologieën, godsdiensten en levensovertuigingen moeten een plekje hebben. Historisch gezien blijkt de democratie daarvoor het beste systeem. Of de minst slechte, komt op hetzelfde neer. De scheiding van kerk en staat, waarbij de overheid neutraal is ten opzichte van alle levensbeschouwingen, is daarbij de beste staatsvorm. Hoe moeilijk en waardevol dit systeem is, zien we dagelijks in Noord-Afrika en het Midden-Oosten.

Moslims van allerlei snit staan er op gespannen voet met elkaar, met andersdenkenden en met andersgelovigen. Het is veel te makkelijk om te zeggen dat alles aan de islam zelf ligt. Corruptie, gebrek aan werk en voorzieningen, gemankeerd onderwijs, etc. zijn misschien belangrijker factoren dan het geloof van mensen. Echter, het staat buiten kijf dat veel meer islamitische landen zich ook theologisch zullen moeten verhouden tot democratische beginselen. Er is geen andere weg. De islamitische theocratie is achterhaald en mislukt. Het streven naar een heilig islamitisch kalifaat leidt alleen maar tot sektarisch geweld en is aantoonbaar een hersenschim gebleken. Een religieuze fata morgana. Er is maar een optie: het woord van God zal zich moeten verhouden met het woord van mensen.

Gelukkig is dit proces al een lange tijd aan de gang. Hedendaagse moslimgeleerden, die democratie en herinterpretatie van bronteksten omarmen, vormen echter een duidelijke minderheid in het Midden-Oosten. (Invloed-)rijke en radicale regimes, zoals in Katar en Saoedi-Arabië, schrijven voor dat Westerse waarden geen islamitische waarden zijn. Daarom is het belangrijk dat juist in het Westen de islamitische gemeenschap niet apart gezet wordt, maar juist meegenomen en onderwezen wordt in het democratisch systeem. Een systeem waar goden en afgoden vrolijk naast elkaar leven. Als de moslimgemeenschap wordt afgezonderd, zal het democratisch vonkje nooit echt overslaan. Hier moet het gebeuren, met alle bijbehorende groeipijnen.

Meer info?
Deze column verscheen in het maart-nummer 2014 van De Linker Wang.  

 

Share on facebook
Share on google
Share on twitter
Share on linkedin